Buurtteam Zuidoost

‘Ik geniet ervan om mensen met een glimlach de deur uit te zien gaan.’ Maak kennis met Buurtteam-baliemedewerkster Jenny Martinez.

Jenny Martinez Buurtteam en Robin Menkveld Buurtcampus

Geen Buurtcampus zonder buurtteam, en geen Buurtteam zonder team. Om bewoners nog beter te kunnen helpen werken de studenten van de Buurtcampus in de wijken samen met een aantal partners, waaronder de buurtteams: plekken in de buurt waar bewoners naartoe kunnen met vragen over bijvoorbeeld zorg, wonen, gezondheid, werk, geld of veiligheid. Iedere maandagmiddag heeft de Buurtcampus spreekuur bij het Buurtteam Zuidoost. We trokken Buurtteam-medewerkster Jenny Martinez aan haar mouw om te vragen hoe die samenwerking haar bevalt.

Jenny beheert al een hele tijd de receptie van het Buurtteam Zuidoost. Ze is het eerste contact voor bewoners met vragen en beantwoordt alle telefoontjes die binnenkomen. Ze doet eigenlijk van alles en nog wat, en heeft al heel veel verschillende soorten mensen, hulpvragen en uitdagingen langs zien komen.

Hi Jenny! Wat leuk dat we je vandaag spreken. Kan je ons vertellen waar het Buurtteam voor staat?

‘Ja. We zijn een maatschappelijke organisatie die kort gezegd Amsterdammers in de wijk wil helpen met allerlei laagdrempelige hulpvragen. Dat kan variëren van huisvesting tot financiën en alles daartussenin.’

Je werkt al langere tijd als baliemedewerker bij het Buurtteam. Wat vind je het leukste aan je werk?

‘Dat ik mensen kan helpen. Mensen denken soms dat ze er alleen voor staan, en wij willen laten zien dat dat niet zo is. We willen helpen waar we kunnen. Ik geniet ervan om mensen met een glimlach de deur uit te zien gaan. Ze krijgen weer wat hoop of geluk terug, dat kan echt mijn dag maken.’

Ben je als baliemedewerkster de eerste persoon die mensen zien?

Jenny aan het werk

‘Ja. Soms is dat leuk, soms minder leuk. Vaak zijn mensen blij, maar andere keren vangen wij ook de klappen op van mensen die boos zijn en dat op ons afreageren. Toch vind ik het vooral leuk, want je staat mensen te woord, je hebt even een gezellig babbeltje. En als ze boos binnenkomen dan zijn ze vaak gefrustreerd of verdrietig, en dat begrijp ik ook wel. Ze zien door de bomen het bos dan niet meer en denken dat er geen hulp mogelijk is. En dat is niet zo.’

De Buurtcampus zit iedere maandagmiddag met een spreekuur bij jullie op kantoor. Hoe gaat die samenwerking tussen het Buurtteam en de Buurtcampus?

‘Ik vind het fijn, want ik zit er nu niet meer in mijn eentje. Vroeger was er op maandag geen inloop meer na de middag, dus dan moest ik iedereen doorverwijzen. Dat hoeft nu niet. Als mensen in de ochtend komen en niet geholpen zijn, kan ik ze naar jullie spreekuur sturen. Jullie denken slim mee en kunnen de meeste mensen helpen, waardoor ze blijven komen. Dat vind ik fijn. Wat jullie hier doen, dat is mooi.’

Fijn om te horen! En hoe denk je dat de samenwerking er in de toekomst uit gaat zien?

‘Ik hoop dat we in een systeem kunnen gaan inzien wat jullie voor de cliënten doen. Want soms komen ze óók bij ons, en dan is het lastig om te weten wat jullie al voor ze hebben gedaan, en andersom. Als we van elkaar kunnen zien wat we doen verloopt de samenwerking hopelijk nog soepeler. Nu verwijzen we mensen naar jullie door en als jullie extra hulp nodig hebben, verwijzen jullie ze weer naar ons door.’

Hoe vind je het dat er steeds nieuwe studenten van de Buurtcampus over de vloer komen?

‘Dat is geen probleem. We hebben vertrouwen in wat jullie doen en zijn er aan gewend. De bewoners zien jullie ook als een soort vertrouwenspersoon. En ik kan rustig weggaan hier omdat ik weet dat jullie alles afsluiten en de sleutels netjes terugleggen. Echt, jullie werken goed en nemen het werk serieus. Anders zouden de cliënten niet meer terugkomen.’

Wij zijn ook heel blij met de samenwerking! We worden iedere maandagmiddag zo blij door je begroet.

‘Ja, ik vind het zó gezellig als jullie komen. De bewoners willen soms zelfs op jullie wachten. ‘Die meneer komt om twaalf uur, hè?’ Ik moet dan eigenlijk gaan lunchen, maar zo iemand wil dan een uur op jullie wachten. Ja, ik ben echt blij met jullie en wat jullie doen.’